De gierzwaluw ziet in de holtes van oud-Nederlandse gebouwen een rotslandschap ideaal voor het broeden. Hij valt vooral te vinden in de lucht, jagend op vliegende insecten of met soortgenoten, elkaar achtervolgend. Qua herkenning is de gierzwaluw een donkere zwaluw. Zijn snavel en poten zijn opmerkelijk kort. Moeilijk te zien is de onderscheidende witte vlek op zijn kin. Zoals bij andere zwaluwen is zijn staart gevorkt. Deze lange afstandstrekker verlaat ons land rond juli-augustus en keer weer terug half april/begin mei. Meer informatieā¦