In de winter zijn in het IreneBos veel andere vogelsoorten te zien dan in de zomer. De wintergasten komen vanuit het noorden van Europa naar Nederland op zoek naar voedsel. Zo kun je in de winter grote groepen koperwieken aantreffen in het IreneBos. Ze zoeken voedsel op de bosbodem of op het gras. Soms zitten er tussen de koperwieken ook kramsvogels. Door de bomen zwerven in de winter groepen sijsjes en putters. Zij foerageren op de zaden, bijvoorbeeld van elzen. Ook de kleinste vogeltjes van ons land zijn in de winter volop in het IreneBos te vinden, namelijk de goudhaan en vuurgoudhaan. Ze zijn er volop, maar ze zijn heel klein en snel en maken hoge piepgeluidjes, waardoor ze moeilijk te vinden zijn. Ze bewegen snel door de struiken en bomen op zoek naar kleine beestjes.